En de aarde bracht voort - prof. dr. Gijsbert van den Brink (2)
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 31-08-2017| 12:48
Vraag
Geachte ds. C. Harinck. Recent heeft u een vraag beantwoord over het nieuwste boek van prof. G. van den Brink “En de aarde bracht voort.” U geeft aan in uw antwoord dat u niet zo bent ingewerkt in het creationisme en de evolutietheorie, wat denk ik voor veel theologen geldt. Dat hoor ik ook regelmatig terug in (lees)preken, waar wetenschap/evolutie vaak verkeerd worden weergegeven. Daar hebben jonge mensen mijns inziens evenmin iets aan (immers, een ‘karikatuur’ wordt bestreden). Vervolgens gaat u er wel op in, bijvoorbeeld dat er een groter geloof nodig is voor de evolutietheorie dan voor het scheppingsverhaal (in zes dagen, neem ik aan). Wat mij opvalt in de vraagstelling, maar ook in het antwoord is dat (wellicht terecht) een tegenstelling wordt aangenomen tussen Schepping enerzijds en evolutie anderzijds. Ik heb wat aanvullende vragen:
1. Heeft u het boek van prof. G. van den Brink zelf gelezen? Dr. Van den Brink stelt bijvoorbeeld niet dat het begin van de Bijbel berust op een leugen, en dergelijke dingen meer.
2. U stelt dat er een groter geloof nodig is voor de evolutietheorie dan voor de schepping, ik kan me dit voorstellen bij een tegenstelling. Maar geldt dit ook voor een schepping die (deels) tot stand kwam door processen van evolutie?
3. U stelt dat dr. Van den Brink dat geloof “dus niet heeft.” Ziet u het aanvaarden van (delen van) de evolutietheorie als niet in overeenstemming te brengen met het (waar zaligmakende) geloof? M.a.w. is geloof in een zesdaagse, recente, schepping essentieel voor het geloof? Of ligt het wat genuanceerder?
4. Verbonden aan de vorige vraag: wat dan te denken van theologen (zoals Van den Brink, maar ook vele anderen, waaronder Tim Keller) die wel (delen van) de evolutietheorie accepteren, maar tegelijk vasthouden aan andere gereformeerde waarheden (opstanding van Christus, rechtvaardiging door het geloof, enz. – dr. Van den Brink heeft juist op het oog om de gereformeerde leer overeind te houden)? Moeten we die volgens u beschouwen als ‘gevaarlijk’ of als ‘dwaalleraren’?
Geeft u straatarme Egyptische christenen een onvergetelijke Kerst?
In Egypte is het steeds lastiger om rond te komen. Voedselprijzen rijzen de pan uit. U kunt het verschil maken door een voedselpakket voor een christelijke Egyptische familie te doneren. Heel praktisch willen we hiermee handen en voeten geven aan de opdracht van God om de armen te voeden.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Ik heb het boek inmiddels voor het grootste deel gelezen en ben heel wat meer te weten gekomen over de evolutietheorie. Dit is dan ook bijna het enige positieve dat ik melden kan. Het spijt mij dat ik het zeggen moet dat het kennis nemen van het boek mij alleen maar versterkt in mijn standpunt dat dit een gevaarlijke en heilloze weg is. Volgens mij heeft prof. van den Brink de kerk geen dienst bewezen.
Het geloof in de God van de Bijbel is niet te verenigen met de opvattingen van de aanhangers van de evolutie, ook niet met de ideeën van evolutionisten die in God als de bewerker en Schepper van evolutie willen zien. Er is hier geen neutrale houding aan te nemen. De bedoeling mag dan zijn om te zorgen dat men, zoals Van den Brink meent, door het hardnekkig blijven ontkennen van het ontstaan van alle dingen en alle leven door evolutie, het geloof in God kwijtraakt. Maar het boek van Van den Brink brengt juist verder van die God vandaan. Ik ontmoet in dit denken een andere God dan de God van de Bijbel. De God, Die spreekt en het is er, kent dit geloof in deze evolutiegod niet. Het is een zelfgeschapen god. Hij komt niet overeen met de openbaring van God in de Bijbel.
Bij het lezen van het boek bekroop mij steeds de gedachte: Hier is een mensje, die denkt te weten hoe God de wereld, mens, dier en plant heeft voortgebracht. Al wordt dan erkend dat God dit heeft gedaan, zo blijft het toch een grote aanmatiging om te beweren: ik weet hoe Hij het heeft gedaan. Hij heeft dit anders gedaan dan het scheppingsverhaal zegt. Het zou zegenrijk zijn indien de Heere prof. Van den Brink dezelfde vragen stelde, die Hij Job stelde: “Waar waart gij toen Ik de aarde grondde?” Job. 38:4. Ik zeg dit omdat Van den Brink steeds hoog opgeeft van ons vermogen om zaken te beoordelen en te doorgronden. Het primaat van het verstand staat voorop. Mensen die anders denken zijn dus dom bezig.
Ik wil nog enkele zaken opmerken. Het boek is vol van aannames en veronderstellingen. Er worden wel gewichtige namen en studies bij genoemd, die zeer geprezen worden, maar het stoelt allemaal op aangenomen zaken waarop dan verder wordt voortgebouwd. Toch worden deze wetenschappers, die de Bijbelse opvattingen over God en de schepping, Adam als de eerste mens, de zondeval en de oorsprong van het lijden loochenen, geprezen en hun standpunten als zeer betrouwbaar gepresenteerd. Een mens die zijn verstand gebruikt kan niet anders dan met deze mensen instemmen...
Zo is volgens het boek gemeenschappelijke afstamming van dieren en mensen door deze wetenschappers bewezen, alsmede dat Adam niet de eerste mens is geweest, lijden geen gevolg is van de zonde maar bij evolutie hoort enz. Er is evolutionair lijden. Het hoort bij de ontwikkeling van lagere naar hogere wezens. Van den Brink roemt enkele van die studies. Ook Darwin komt er goed van af. De terugblik wijst er dan op dat veel van deze opvattingen te verenigen zijn met het christelijk geloof. Er wordt nog wel bij gezegd dat we de neodarwiniaanse synthese niet volledig hoeven te accepteren. Een weldenkend mens kan echter, volgens Van den Brink, niet om de ‘bewezen’ zaken heen. Hij accepteert dat er een voormenselijke groep heeft bestaan. Adam is niet de eerste mens. Er is voor alle leven een gemeenschappelijke afstamming. Alles is door evolutie ontstaan. De plaats van Adam wordt ingenomen door een bepaalde populatie meer ontwikkelde wezens. Hoe hij aan het betoog komt dat er geen Adam en Eva maar een “populatie mensen” is geweest die door God geroepen waren te kiezen tussen het wellustige leven en het geestelijk leven met God, begrijp ik niet. Hij grondt dit op een boek van een zekere Keith Ward.
We lezen nogal eens: “Het lijkt mij” en “dit begrip en dit bijbelwoord kan ook wat anders betekenen.” Zo wordt de uitspraak “dat alles zeer goed was” heel anders uitgelegd. Deze Bijbelse uitspraak wordt dan zo maar van betekenis veranderd door te zeggen dat dit betekent dat alles “functioneel was.” Ik begrijp dit wel, want dat is een woord dat natuurlijk de evolutiegedachte onderuit haalt. De evolutionist zegt dat alles nog lang niet goed was, laat staan “zeer goed” was. De Bijbel zegt: “Alzo zijn volbracht hemel en aarde en hun heir” maar dat betekent niet dat er geen voortgaande schepping is geweest. Zo zijn er veel zaken te noemen die anders uitgelegd worden en waarvoor mijns inziens bewust een andere uitleg gezocht wordt.
Kortom, in dit hele boek heerst het verstand en niet het geloof. Ik weet wel dat Van den Brink zegt met zijn studie mogelijk te maken om én in evolutie én in God de Schepper te geloven. Het zijn mooie woorden en veel mensen zullen het helaas zo zien. Maar het zijn gevaarlijke standpunten. Indien dit boek ingang vindt zal echter geloof in evolutie winnen en het geloof in de God van de Bijbel verdwijnen.
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: